In de herfst van 2016 ging Robert Henkinet, toen 52, naar zijn huisarts omdat hij zich grieperig voelde. In de wachtkamer viel zijn oog op een affiche die 50-plussers aanraadde om een stoelgangtest om dikkedarmkanker op te sporen.
Aan het einde van de consultatie sprak hij zijn huisarts erover aan. Deed hij er goed aan zich te laten testen? De timing was perfect, Roberts huisarts had net een lading zelftests ontvangen en gaf hem er een mee naar huis.
Vals positief?
De test bleef enkele maanden liggen op Roberts bureau. De vervaldatum kwam steeds dichterbij. “Op een bepaald moment zei tegen mezelf: doe ik de test of gooi ik hem weg? Het kwam neer op kop of munt.”
Uiteindelijk deed hij de test en bleek het resultaat positief. Toch maakte Robert zich niet meteen zorgen. De tests leveren blijkbaar vaak vals positieve resultaten op, stelde zijn huisarts hem gerust. “Maar uit voorzorg is het noodzakelijk om een coloscopie te ondergaan”, aldus de arts.
Robert had net een nieuwe functie met een pak meer verantwoordelijkheden op zijn werk en leefde aan 200%. Daarom stelde hij het maken van een afspraak voor het onderzoek nog even uit – dat de voorbereiding op een coloscopie niet bepaald aangenaam is, hielp ook niet.
Na het onderzoek veranderde alles.
“Toen ik wakker werd na de ingreep, zag ik meteen aan het gezicht van mijn gastro-enteroloog dat er iets niet klopte”, herinnert hij zich . “Ze hadden een adenocarcinoom van meer dan vijf centimeter ontdekt in het bovenste deel van mijn dikke darm. Een zware en snelle operatie was nodig, en ik moest onmiddellijk verdere tests ondergaan om te controleren op uitzaaiingen.”
‘Toen ik wakker werd na mijn operatie, zag ik meteen aan het gezicht van mijn gastro-enteroloog dat er iets niet klopte.’
Uitzaaiingen toonden de extra onderzoeken niet aan, nu moest Robert nog de chirurgische ingreep afwachten om de ernst van de tumor te kennen. De ingreep kon snel plaatsvinden. Die was zwaar – in het totaal werd 60 centimeter van zijn dikke darm verwijderd, samen met alle omliggende lymfeklieren – maar verliep goed.
Tien eindeloze dagen
“Daarna moest ik tien dagen wachten op het resultaat van de biopsie”, blikt Robert terug. “Dat was een enorm stressvolle periode. Ofwel werd het een graad 0 of 1, relatief onschuldig. Dan kon ik mijn postoperatieve revalidatie voortzetten en mijn “oude” leven snel hervatten. Maar als het graad 3 was, moest ik chemotherapie ondergaan en was mijn leven zoals ik het kende volledig voorbij.”
Elk telefoontje in die tien dagen deed zijn hart sneller slaan.
Tot er verlossend nieuws kwam: het was graad 1. Robert kon zijn revalidatie voortzetten. Hij moest zich uiteraard wel laten opvolgen, maar zijn leven werd niet volledig overhoop gehaald. Toch veranderde de ervaring zijn kijk op het leven ingrijpend. Hij leerde zaken beter te relativeren en situaties anders te prioriteren. “Ik zie het leven en de toekomst sindsdien op een totaal andere manier.”
Door zijn verhaal te delen, hoopt Robert andere mensen te overtuigen om zich tijdig te laten screenen. “Elke test kan iemands leven redden.”
In België bestaat een bevolkingsonderzoek naar dikkedarmkanker voor mensen van 50 tot en met 74 jaar. Alle mensen in die doelgroep kunnen zich gratis laten screenen. Wil je meer weten over het bevolkingsonderzoek? Vraag ernaar bij je huisarts en/of lees hier meer over het programma in jouw regio: Vlaanderen, Wallonië en Brussel.